Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 29-06-2020

flens

betekenis & definitie

[Eng.], m. (flenzen), opstaande rand, kraag e.d. aan het einde van buizen, assen, onderdelen, machines enz. als bevestigingsmogelijkheid: beide assen zijn met behulp van flenzen aan elkaar gekoppeld; als middel tegen verlies van op het onderdeel aangebrachte elementen: de flenzen van de flensspoel voorkomen het afglijden van het garen; de wielrand die het wiel op de rail moet houden waarover het rijdt; bij metalen profielen elk van de randplaten: bij een I-profiel zijn de flenzen verbonden door een lijfplaat.

De bevestigingsflenzen voor buizen worden onderscheiden in losse en vaste flenzen.

1. Losse flenzen zijn schuifbaar over de buis en drukken tegen een aangebrachte vaste kraag van de buis de te verbinden einden tegen elkaar.
2. Vaste flenzen zijn niet verschuifbaar over de pijp. Ze kunnen aangegoten, zoals bij gietstalen buizen, opgewalst, gesoldeerd of aangelast zijn. Aangelaste flenzen worden veel gebruikt, maar zijn alleen tot een bepaalde werkoverdruk toegelaten, terwijl in het algemeen voor oververhitte stoom geen gelaste flenzen toegepast mogen worden. De opgewalste flens is voor hoge temperatuur ongeschikt omdat dan de verbinding door de lengteverandering van de buis lek raakt. Draadflenzen worden met behulp van schroefdraad op de buis aangebracht. Deze constructie is voorhoge drukken toelaatbaar, maar heeft het nadeel dat de buis door de schroefdraad plaatselijk zwakker wordt.

De flenzen kunnen zó vlak geslepen zijn dat ze zonder meer afdichten. Meestal wordt echter een afdichtingsplaat of -ring gemonteerd tussen de flenzen, bij losse buizen. Soms zijn flenzen voorzien van een borst die past in een kamer van de ertegen te monteren flens. De bevestiging geschiedt normaal met bouten.

Spooren tramwielen hebben normaliter één flens aan de binnenzijde van de rails. De vorm van het loopvlak van het wiel en de afronding, waarmee het loopvlak in de flens overgaat, zijn zodanig op de vorm van de kop van de spoorstaaf afgestemd, dat de flens tijdens rijden op een rechte baan in principe niet met de spoorstaafkop in contact komt.

< >