[Gr. epifaneia, verschijning], v., (ook: theofanie), de verschijning van een god.
(e) Wanneer het de goden van de seizoenen betreft, de regelmatig verschijnende en weer heengaande vegetatiegoden dus, dan spreekt men doorgaans van epifanie. Betreft het de onverwachte verschijning van een god, dan spreekt men van theofanie. In de hellenistische wereld en in Egypte werd de troonsbestijging van een koning ook wel epifanie genoemd, omdat de regerende vorst als een god werd vereerd.