[Port., insnoering], benaming van de periode van geldinflatie, speculatie en windhandel die in 1890 onder de Eerste Braziliaanse Republiek volgde op de uitgifte van een grote hoeveelheid papiergeld door de minister van Financiën R. Barbosa.
De bedoeling van de gelduitgifte was door de verruiming van krediet de industrialisatie te bevorderen. Het resultaat was een koortsachtige economische activiteit van vaak ondeugdelijke ondernemingen en een sterke inflatie gevolgd door een economische ineenstorting en crisis. Aan de wanorde in de staatsfinanciën kwam pas ca. 1900 een einde.
