Marie, Freifrau von, geb. gravin Dubsky, Oostenrijks schrijfster, *13.9.1830 Zdislawitz (Moravië), †122.3.1916 Wenen. Ebner-Eschenbach woonde na 1863 meestal te Wenen.
Reeds jong koesterde zij toneelhervormingsplannen, maar deze bleven zonder succes. Daarom legde zij zich toe op het schrijven van novellen en romans, die behoren tot de beste die het Duits realisme heeft voortgebracht. Zij verenigde grote mensenkennis met een duidelijk optimisme, sociaal medegevoel met een zekere nuchterheid, gevoel voor het tragische met een uitgesproken afkeer van elk pathos. Werken: Neue Erzählungen (1881), Dorfund Schlossgeschichten (1883), Das Gemeindekind (1887), Unsühnbar (1890). Uitgave: Ges. Werke (9 dln. 1961).
LITT. H. Wallach, Studien zur Persönlichkeit M. v. Ebner-Eschenbachs (diss. 1950); H. Fink, Stud. zur Ethik M. von Ebner-Eschenbachs (diss. 1965); G. Fussenegger, M. von Ebner-Eschenbach (1967).
