Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Dianthus

betekenis & definitie

plantengeslacht, behorend tot de familie Caryophyllaceae, met ca. 200 soorten kruidachtige, meestal overblijvende planten, vooral rond de Middellandse Zee en in Klein-Azië inheems. De vrucht is droog, aan de top met vier kleppen openspringend; zaden klein, talrijk.

Inheems is b.v. heideanjer, Dianthus deltoides. Sedert eeuwen zijn talloze hybriden van de toch al variabele soorten in cultuur. D. caryophyllus is de stamsoort van de tuinanjelieren, die als kasen snijbloem Aalsmeer wereldbekendheid hebben gegeven, en die in tuinen als zwaar geurende (‘kruidnagel’), lage, grootbloemige vormen gekweekt worden. Dezelfde stamsoort leverde Chabaud-anjers, één of tweejarige tuinvormen. Duizendschoon is een vorm van D. barbatus. Vele lage soorten (en variëteiten) worden in rotstuintjes gekweekt. zie anjer.

< >