een binnen het protestantisme na de Eerste Wereldoorlog opgetreden theologische richting, waaraan de namen van K.Barth, E.Brunner, R.Bultmann en F.Gogarten verbonden zijn. De term heeft betrekking op de dialectische structuur van de openbaring Gods, die het elkaar uitsluitende verenigt: God en mens, eeuwigheid en tijd, openbaring en verborgenheid.
De dialectische theologie stelt dat de eenheid van deze tegendelen nooit aanschouwelijk is; alle pogingen om een synthese in de vorm van begrip te gieten, moeten mislukken; negatie en paradox mogen in de theologie niet gladgestreken worden. De stroming had in Nederland grote invloed (o.a. K.Miskotte).