eigenlijk: Hendrik Hazelhoff, Ned. letterkundige, *17.6.1919 Winschoten. Na de Tweede Wereldoorlog was hij werkzaam bij de radio, tot hij zich in 1962 geheel wijdde aan zijn schrijverschap.
Dendermonde debuteerde als dichter met Tijdelijk isolement (1941). Overtuigender zijn zijn novellen, maar Dendermonde maakte vooral naam met zijn roman De wereld gaat aan vlijt ten onder (1954) waarmee hij een groot publiek bereikte door een boeiende verteltrant. Dendermonde schrijft verder reportages en scenario’s.
Werken: poëzie: Tijdelijk isolement (1941); proza: De wereld gaat aan vlijt ten onder (1954), De dagen zijn geteld (1955), De deur op een kier (1958), De weglopers (1958; novellen), Een blauwe maandag op aarde (1965), Trap op trap af (1967), Kom eens om een keizer (1968), Vaarwel plumpudding, cognac en sigaren (1976); reportages: Het leven betrapt (1952), Waar moet dat heen (1972; met G.van Wageningen), Op de Franse toer (1974; met Ernst v.Altena en Sietzo Dijkhuizen).
Litt. D.A.M.Binnendijk, Gewikt, gewogen (1942); F.W.v.Heerikhuizen, In het kielzog van de romantiek (1948); Singel 262 (1966).