[→Gr. meros, deel], o. (-meren), een bolvormige verdikking in de chromosomen.
(e)Chromomeren zijn de sterk kleurbare ‘korrels’ (mogelijk zijn het plaatsen waar het chromosoom sterker gespiraliseerd is) die tijdens de →profase (bij de reuzenchromosomen steeds) met karakteristieke grootte en positie zichtbaar zijn.