o. (-pellen), vruchtblad.
De carpel, de bouwsteen van het vruchtbeginsel van hogere planten (zie Spermatophyta), wordt beschouwd als een afwijkend gevormd blad met bijzondere functie. Vruchtbladen zouden dan de zaadlijst (zie placenta) vormen, en deze weer de zaadknoppen (zaadbeginsels); het vruchtbeginsel (ovarium) wordt tot vrucht (‘carpus’). Deze klassieke opvatting wordt door sommigen verworpen, door anderen anders geïnterpreteerd, maar is voor velen nog een goede werkhypothese.