Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-06-2019

Buchanan, george

betekenis & definitie

Schots dichter en geschiedschrijver, *1.2.1506 Killearn, ♱28.9.1582 Edinburgh. Buchanan schreef gedichten, gericht tegen de franciscanen, Somnium en Franciscanus et fratres, werd enige tijd later gevangen gezet, maar hij vluchtte naar Parijs.

Later ging hij met de Portugees Govea naar Bordeaux en naar Portugal, waar hij wegens zijn vrijzinnige denkbeelden werd gearresteerd. In 1551 werd hij vrijgelaten; hij ging naar Engeland en kwam in 1560 in Schotland, waar hij tot het protestantisme overging.

Daar werd hij een van de leermeesters van Jacobus vi, maar hij overleed in grote armoede. Buchanan wordt tot de beste neo-Latijnse dichters gerekend.

Werken: Elegiae, Silvae, Epigrammata; drama’s: Jephthes (1544), Medea, Baptistes; een metrische Latijnse vertaling van de Psalmen (1566; op muziek gezet); een leergedicht Sphaera (1586), De jure regni (1579), Rerum Scoticamm historia (1582). Uitgaven: Opera omnia, door T.Ruddiman (1715); door P.Burman (1725).

LITT. P.Hume Brown, G.Buchanan (1890); D. Macmillan, G.Buchanan (1906); H.Brown, G. Buchanan (1906); J.E.Sandys, A history of classical scholarship II (1936).

< >