Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-06-2019

Brezjnev-doctrine

betekenis & definitie

westerse aanduiding voor Sovjet-leerstuk, genoemd naar de Russische partijsecretaris L.Brezjnev, volgens hetwelk de USSR zich een interventierecht toekent ten opzichte van socialistische staten die door contrarevolutie worden bedreigd. De Brezjnev-doctrine werd actueel, toen de USSR in de zomer van 1968 ging vrezen dat de communistische partijdictatuur in Tsjechoslowakije moest wijken voor een ‘burgerlijke’ vorm van democratie.

De USSR en enkele bondgenoten waarschuwden de Tsjechoslowaakse partij-secretaris Dubcek, dat de aantasting van het socialisme in één land alle staten van het communistische ‘gemenebest’ aanging; de veiligheid van die staten werd erdoor bedreigd, zodat zij niet werkeloos konden blijven toezien. Op 21.8.1968 kreeg deze waarschuwing gestalte in een bezetting door de landen van het Warschaupact van Tsjechoslowakije.

In nov. 1968 formuleerde Brezjnev de leerstelling die aan deze interventie ten grondslag lag als volgt: ‘... wanneer buitenlandse en binnenlandse antisocialistische krachten de ontwikkeling van een socialistisch land in de richting van herstel de kapitalistische orde trachten te drijven, indien de zaak van het socialisme in het desbetreffende land bedreigd wordt (hetgeen een bedreiging vormt van het gehele socialistische gemenebest) is dit niet langer uitsluitend een probleem voor het volk van de staat in kwestie, maar een gemeenschappelijk vraagstuk dat alle socialistische landen aangaat’. China, Roemenië, Joegoslavië en Albanië reageerden zeer vijandig.

Hierdoor dreigde op de Balkan een door China geruggesteunde alliantie tegen de USSR te ontstaan. Vandaar dat Brezjnev in sept. 1971 in Belgrado verklaarde, dat de zogenaamde doctrine over beperkte soevereiniteit van ocialistische landen een westers verzinsel was, waarmee getracht werd de Russisch-Joegoslavische betrekkingen te vertroebelen.

Toen de actie in Tsjechoslowakije voorbij was (1969), had de USSR er geen behoefte meer aan om de Brezjnev-doctrine als een officiële leer te blijven verbreiden.

LITT. W.Korey, The Comintern and the genealogy of the ‘Brezhnev-Doctrine’ (in: Problems of Communism, XVIII, 3, 1969); R.J.Mitchell, The Brezhnev doctrine and communist ideology (Reviews of Politics, vol. 34, 2, 1972); D.Schlegel, Tito’s Positionen gegenüber Moskau (in: Aussenpolitik, jaarg. 23, 8, 1972).

< >