Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-05-2019

Boogstuk

betekenis & definitie

o. (-ken),

1. (bouwkunde) elk van de stukken van een boogschinkel;
2. (werktuigkunde) een op het uiteinde van een balans, hefbalk of arm bevestigd gebogen stuk waarlangs een ketting of hengsel zich beweegt;
3. (koopvaardij) bovenste gedeelte van het raam waarin de schroef draait; het bijna horizontale gedeelte van een schip dat nog verder dan het schroefraam naar achteren uitsteekt en het hele achterschip ondersteunt.

< >