Wat is de betekenis van Boogstuk?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Boogstuk

v. (-ken). 1. elk der stukken van een boogschinkel. 2. (stoomw.) een op het uiteinde van een balans, hefbalk of arm bevestigd gebogen stuk waarlangs een ketting of hengsel zich beweegt.

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Boogstuk

o. (-ken), 1. (bouwkunde) elk van de stukken van een boogschinkel; 2. (werktuigkunde) een op het uiteinde van een balans, hefbalk of arm bevestigd gebogen stuk waarlangs een ketting of hengsel zich beweegt; 3. (koopvaardij) bovenste gedeelte van het raam waarin de schroef draait; het bijna horizontale gedeelte van een schip dat nog verder dan het...

Gerelateerde zoekopdrachten