(beroofde, heeft beroofd),
1. door roof ontnemen: iemand van iets beroven;
2. iemand het genot van iets doen missen: iemand van zijn vrijheidー; zich van het leven ー, zelfmoord plegen;
3. (fig., van zaken) ontdoen van: door die bewerking is het oorspronkelijke verhaal van al zijn charme beroofd.