Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Barrière

betekenis & definitie

[Fr., Lat. barra, staaf], v./m. (-s),

1. slagboom of draaibare hekafsluiting van in- en doorgangen; versperring;
2. rij van steden in de Zuidelijke Nederlanden, waarin de Republiek van 1715-81 bezetting legde;
3. biogeografische term om een samenstel van factoren aan te geven die een belemmering vormen voor de verspreiding van organismen.

Barrières voor de verspreiding van diersoorten kunnen op velerlei condities berusten. Zo vormt de Sahara een barrière voor de verspreiding van dieren die niet tegen droogte kunnen. Gebergten vormen een barrière voor de verspreiding van dieren die niet kunnen klimmen of niet bestand zijn tegen grote temperatuurschommelingen. De oceanen vormen een barrière voor de verspreiding van landdieren en zoetwaterdieren, en de continenten vormen een barrière voor de verspreiding van zeedieren. Ook het voorkomen van een concurrerende diersoort kan een barrière zijn voor het uitbreiden van het areaal van een diersoort.

Elke diersoort kent haar eigen barrières. Als de soort erg tolerant is wat haar omgeving betreft, kan het areaal van die soort toch erg klein zijn, nl. wanneer er concurrerende soorten voorkomen, zodat er niet voldoende voedsel beschikbaar is. Een barrière hoeft niet samen te vallen met de areaalgrens, hoewel dat vaak wel het geval is.

< >