[Eng.], m. (-s), vangkabel die aan het einde van een landingsbaan van een militaire vliegbasis, dwars over die baan gespannen is, teneinde eventueel doorschietende vliegtuigen tijdig te doen stoppen.
Het vliegtuig is hiertoe onder de romp voorzien van een vanghaak. Op sommige buitenlandse vliegbases wordt ook de net-barrier gebruikt, een vangnet waarin vliegtuigen zonder vanghaak kunnen worden opgevangen.