deelstaat in de Duitse Bondsrepubliek, 35750 km2, 9,2 mln. inw. Baden-Württemberg is na de Tweede Wereldoorlog ontstaan uit een samenvoeging van Baden, Württemberg-Baden en Württemberg-Hohenzollern.
Hoofdstad: Stuttgart. Baden-Württemberg wordt in het westen begrensd door de Rijn, die daar in de Bovenrijnse laagvlakte stroomt.Ten oosten daarvan het Zwarte Woud; noordelijk sluit het Neckarbergland aan. In het oosten de Schwäbische Alb, een kalkplateau dat afhelt naar de Donau. Naar het noorden vormt het een steil trappenlandschap. Afwatering gaat vooral via de Neckar met bijrivieren.
BEVOLKING.
Bij de inw. van Baden-Württemberg behoren ruim 1,5 mln. vluchtelingen, zgn. Heimatvertriebene. Baden-Württemberg is de laatste jaren een van de sterkst groeiende deelstaten van de Duitse Bondsrepubliek. Deze bevolkingstoename werd voor een groot deel veroorzaakt door de immigratie van buitenlandse arbeidskrachten, die hier 15 % van de totale beroepsbevolking uitmaken. Van de bevolking is ca. 47 % evangelisch en 47 % r.k. Hier en daar treft men kleine kernen aan van oud-katholieken en waldenzen (Palmbach).
ECONOMIE.
In de landbouw overheerst het kleinbedrijf: in 1970 was ca. 75 % van alle bedrijven kleiner dan 10 ha. Door een herstructurering van de landbouw tracht men het probleem van te kleine en versplinterde bedrijven te verminderen. De voornaamste produkten in de landbouw zijn tarwe, aardappelen en suikerbieten, wijndruiven en ooft. De teelt van hop en tabak is sinds het einde van de 19e eeuw sterk afgenomen. Hoewel het aantal tuinbouwbedrijven afneemt, bedraagt hun aantal ongeveer 30 % van het Westduitse totaal. Rond de steden neemt de tuinbouw toe.
De belangrijkste tak van de landbouw is evenwel de veeteelt. Meer dan 40 % van de cultuurgrond is in gebruik als blijvend grasland.
De bosbouw is van belang: er zijn naaldhout- en grote beukenbossen. De bosbouw levert 25 % van de opbrengst van de Duitse Bondsrepubliek. Omstreeks 1970 was ca. 10 % van de beroepsbevolking werkzaam in de landbouw en 50 % in de industrie. Hiermee heeft Baden-Württemberg de hoogste industrialisatiegraad. Het gebied heeft weinig delfstoffen. Het kleinbedrijf overheerst in de industrie.
De voornaamste branches zijn textiel-, metaal- en chemische industrie, elektrotechnische en fijnmechanische nijverheid, voedingsmiddelen, hout en metaal en sieraden. Van de metaalindustrie is de produktie van auto’s zeer belangrijk. Veel energie is afkomstig van grote hydro-elektrische centrales. De voornaamste industriesteden zijn Mannheim, Karlsruhe, Stuttgart, Heidelberg, Freiburg, Ulm, Heilbronn en Pforzheim. Het toerisme is van grote betekenis, niet alleen vanwege het gevarieerde landschap, maar ook door het grote aantal badplaatsen en herstellingsoorden.
BESTUUR. De regering bestaat uit negen ministeries. De landdag vormt de volksvertegenwoordiging. Baden-Württemberg heeft vijf universiteiten: Freiburg, Tübingen, Heidelberg, Konstanz en Ulm. In Mannheim is een economische hogeschool, in Stuttgart en Karlsruhe een technische hogeschool; in Stuttgart-Hohenheim een landbouwhogeschool. Verder zijn er talrijke hogere onderwijsinstellingen. Een studie aan de universiteiten van Baden-Württemberg is voor velen uit de Bondsrepubliek in trek: 40 % van de studenten komen uit andere deelstaten,
