Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 22-12-2018

aanspraaktheorie

betekenis & definitie

aan'spraaktheorie, v., ook: aanwijzingstheorie. (Du.: Anweisungstheorie, Eng.: claim theory), theorie die verklaring wil geven waarom geld als betaalmiddel bestaat en wordt aanvaard, ook als het zelf geen intrinsieke waarde bezit.

Zij ziet in het geld als zodanig geen economisch goed, maar alleen aanspraken op economische goederen, een bewijs dat men zelf prestaties heeft geleverd en recht heeft op een deel van de bijdrage van anderen tot de maatschappelijke produktie. Deze gedachtengang van het zgn. economisch nominalisme is b.v. in de mercantilistische litteratuur reeds te vinden, maar kwam begin 20e eeuw weer op als reactie tegen het staatsnominalisme van G.F.Knapp. Met betrekking tot de geldwaarde leidt de aanspraaktheorie vanzelf tot een kwantiteitstheoretische benadering, d.i. een benadering die op enigerlei wijze de hoeveelheid geld in de volkshuishouding stelt tegenover de hoeveelheid goederen. kwantiteitstheorie.

LITT. F.Bendixen, Das Wesen des Geldes (1908);

J. Schumpeter, Theorie der wirtschaftlichen Entwicklung (1912).

< >