Bloemen 2-huizig of polygaam (veeltelig), okselstandig, meestal in bundels, zelden alleenstaand, meestal 4-5-, zelden meertallig; meeldraden evenveel als kroonbladen en met deze afwisselend;
vruchtbeginsel klein en zittend; rijpe vrucht vlezig en geel, rood of oranjekleurig, 2-8 steenvruchten elk 1 zaadje bevattend.
Van het geslacht Ilex zijn ongeveer 300 soorten bekend, welke bijna alle zeer verspreid voorkomen in een tropisch en subtropisch gebied en dus voor ons van minder belang zijn. Slechts een 20-tal soorten zijn bij ons in M.-Europa winterhard, terwijl de meest bekende hieronder Ilex aquifólium L., de enige inheemse soort is en bijna in geheel Europa voorkomt. Bijna alle soorten, variëteiten en vormen worden gekweekt om hun mooie, dikwijls in kleur variërende, bladeren of om hun mooi gekleurde, besvormige vruchten.
Worden zij om hun bessen aangeplant, dan denke men er aan dat als regel de hulst 2-huizig is, zodat men planten heeft met alleen ♂ of met alleen ♀ bloemen;
dikwijls ook polygaam, naast ♂ of ♀ bloemen ook 2-slachtige bloemen. Bij de verschillende soorten loopt dit zeer uiteen, zodat men er dan wel aan denken moet steeds ook enkele cj exemplaren aan te planten, daar anders de vruchten in zeer gering aantal of in het geheel niet voor zullen komen.
Over het algemeen zijn de verschillende soorten weinig lichteisend, zij verlangen een goed bewerkte humusrijke en niet te droge bodem; zie verder voor gebruik, kweekwijze en verdere opmerkingen bij de beschrijving der soorten.