W.-China; 25 m.
Synoniem: F. silvática var. lóngipes Ouv., F. sinénsis OLIV..
Duidelijke kenmerken van deze soort zijn de lichtblauwe onderzijde der bladeren, met blijvende, dichte beharing over het gehele bladoppervlak; bij oudere bomen ook de zeer lang gesteelde ♀ katjes en de iets teruggeslagen beharing der vruchtkuip. De boom vormt een zeer brede kroon en is alleen inheems in de gebergtestreken van W.-China. Bladknoppen en jonge twijgen kaal; bladeren 8-12 cm lang, eivormig of lang-eivormig, met toegespitste top en breed wigvormige bladvoet, bovenzijde eerst fijn behaard, later kaal, onderzijde blauwachtig en blijvend fijn behaard, 9-12 paar tot de bladrand doorlopende zijnerven; bladsteel 1-2 cm; dun, kaal. ♀ bloemen aan tot 6 cm lange, behaarde stelen; vruchtkuip 2-2,5 cm lang, met iets teruggeslagen, borstelige beharing.