Russisch historicus, *14.11.1925 Tiflis; tweelingbroer van Z.A.Medvedev. Medvedev studeerde filosofie in Leningrad.
Van 1957-71 was hij werkzaam op het Onderzoeksinstituut voor Beroepsonderwijs te Moskou. In deze jaren schreef hij K soedoe istorii (Ned. vert. Laat de geschiedenis oordelen, 1973), dat in 1971 in de VS verscheen, maar al sinds 1968 in samizdat-vorm in de USSR circuleerde. In deze studie geeft Medvedev een omvangrijke en goed gedocumenteerde opsomming en analyse van Stalins politieke misdaden. Het stalinisme verklaart hij daarbij in de eerste plaats als het persoonlijke despotisme van Stalin zelf. Medvedev is een van de prominente woordvoerders van de Russische dissidente beweging.
In 1971 nam hij ontslag uit zijn functie bij het Onderzoeksinstituut. Hij leeft sindsdien van zijn buitenlandse royalties. Werken: Faut il rehabiliter Staline (1969), (met Z.Medvedev) A question of madness (1971; Ned. vert. Wie is ergek? Hoe een Russische geleerde in een psychiatrische kliniek belandde en hoe hij er weer uit kwam, 1973), De la démocratie socialiste (1972), (met Z.Medvedev) Krushchev. Ten years in power (1976; Ned. vert. De glorietijd van Nikita Chroesjtsjov, 1977), Problems in the literary biography of Mikhail Sholokhov (1977), (met S.Starikov) Philip Mironov and the Russian civil war (1978), The October Revolution (1979), On Stalin and Stalinism (1979), On Soviet dissent (1980), The last years of Nikolai Bukharin (1980).