Gepubliceerd op 17-01-2021

Roken

betekenis & definitie

(rookte, heeft gerookt), 2. de rook van brandende tabak (pijp, sigaar, sigaret) inzuigen en uitblazen.

© Passief roken. Ook niet-rokers krijgen in veel gevallen tabaksrook in de longen, nl. de rook die anderen in de lucht blazen. Een recent Japans onderzoek dat gedurende een periode van 14 jaar een groep van 265 000 volwassenen volgde, heeft aan het licht gebracht dat de niet-rokende vrouw van een stevig rokende man een longkankerrisico loopt dat liefst 30—50 % bedraagt van het risico dat zij als rokende vrouw zou lopen. De mortaliteit van longkanker bij niet-rokende vrouwen bedroeg 18 (per 100000) als de echtgenoot meer dan één pakje sigaretten per dag rookte, 14 als hij minder rookte of recent was opgehouden met roken, en 8,7 als hij niet of slechts zelden rookte (de mortaliteit van longkanker bij rokende Japanse vrouwen bedraagt 32,8 per 100000).

< >