(Amsterdam 25.7.1870 - Amsterdam 4.1.1955).
Predikant en pleitbezorger van de Groot-Nederlandse gedachte. Kwam in 1919 terecht in Beetsterzwaag, nadat hij in 1918 België was ontvlucht. Daar had hij, als dominee, geijverd voor een onafhankelijk Vlaanderen. Zijn hervormde pastorie van Beetsterzwaag was in het interbellum een toevluchtsoord voor Vlaamse activisten en aanhangers van Groot-Nederland. De meeste gemeenteleden keerden zich daardoor van hem af. In 1943 verliet hij Beetsterzwaag.Zie: BWN, I; Buning, L., Het strijdbare leven van J.D. Domela Nieuwenhuis Nyegaard (1976).