Lesschen, bw. gel. (ik leschte, heb gelescht), blusschen; stillen (dorst); (fig.) zijne roemzucht is met te -.
*...ING, v. gmv.
Gepubliceerd op 04-08-2020
betekenis & definitie
Lesschen, bw. gel. (ik leschte, heb gelescht), blusschen; stillen (dorst); (fig.) zijne roemzucht is met te -.
*...ING, v. gmv.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: