Gepubliceerd op 04-08-2020

Hoofdaanlegger

betekenis & definitie

Hoofdaanlegger, m.

*...AANLEGSTER, v. (-s), eerste beginner, - beginster (eener onderneming).
*...AANVAL, m. (-len), voornaamste aanval.
*...AANVOERDER, m. ...STER, v. (-s).
*...ACCIJNS, m. (-en), hoofdbelasting.
*...ADER, v. (-s, -en), (ontl.) slagader; (mijnw.) voornaamste ader.
*...ALTAAR, o. (...aren), (r.k.) het misaltaar.
*...ANKER, o. (-s).
*...ARMEE, v. (-ën).
*...ARTIKEL, o. (-s), voornaamst artikel; voornaamste bepaling (in een verdrag of kontrakt), voornaamst handelsartikel; artikel waarmede een dagblad begint; (fig.) dit is bij mij een -, eene hoofdzaak.
*...BALK, m. (-en).
*...BALSEM, m. (-s), balsem -, zalf voor het hoofd.
*...BAND, m. (-en), band of verband om of aan het hoofd; wrong, diadeem.
*...BATTERIJ, v. (-en).
*...BEGRIP, o. (-pen).
*...BEDEKKING, v. (-en).
*...BESTUUR, o. (...uren). -DER, m. (-s), -STER, v. (-s).
*...BEVELHEBBER, m. (-s).
*...BEZIGHEID, v. (...heden), voornaamste bezigheid.
*...BEZWAAR, o. (...aren), voornaamst bezwaar.
*...BOEK, o. (-en), grootboek eens koopmans.
*...BOOG, m. (...bogen), grootste boog (eener brug, poort enz.).
*...BOOR, v. (B.m.) voornaamste boor; (heelk.) trepaneerboor.
*...BORSTEL,
*...SCHUIJER, m. (-s).
*...BREKEN, o. gmv. sterke overpeinzing, inspanning; welk een -! -D, bn. sterke inspanning vorderende; een - werk.
*...BREKING, bn. het hoofdbreken.
*...BRON, v. (-nen), (ook fig.).
*...CIJNS, m. (-en), voornaamste belasting; zie HOOFDGELD.
*...DEEL, o. (-en), voorn. deel, hoofdstuk.
*...DEKEN, m. (-s), opperste deken (kerkel. waardigheid).
*...DEKSEL, o. (-s), hoed, kap, muts, pet.
*...DENKBEELD, o. (-en).
*...DEUGD, v. (-en).
*...DIJK, m. (-en).
*...DOEK, m. (-en), doek dien men om het hoofd windt, nachtdoek; (ook) hoofdwindsel.
*...DOEL, o. gmv.
*...DRAAIJING, v. (-en), het draaijen van het hoofd; (ook) duizeling.
*...DUIZELING, v. (-en).

< >