Encyclopedie van de evolutiebiologie

Prof. Nico M. van Straalen (2019)

Gepubliceerd op 27-12-2022

Virus

betekenis & definitie

Genetisch element dat zich in een cel kan vermenigvuldigen en een infectieus extracellulair stadium heeft waarmee het zich kan verspreiden

Virussen worden soms als niet-levend beschouwd omdat ze bestaan uit een inert deeltje, een virion, dat geen eigen metabolisme heeft. Een virus is afhankelijk van de cellulaire machinerie van een gastheer om zichzelf te vermenigvuldigen. Een virus herkent een bepaalde oppervlaktestructuur, dringt binnen en manipuleert de gastheer om meer virusdeeltjes te maken.

Het genoom van een virus bestaat uit een “replicon” van dubbelstrengs of enkelstrengs DNA of RNA. Het wordt omgeven door een eiwitmantel genaamd capside en soms ook nog door een extra omhulsel, de envelop of corona.

Virussen worden ingedeeld naar het type gastheer dat ze infecteren (bacteriofagen, plantenvirussen en dierlijke virussen), naar het type informatiemolecuul dat ze bevatten (DNA, RNA) en naar de capside-eiwitten. Dit leidt tot een indeling in samenhangende groepen, bijvoorbeeld Poxviridae, Adenoviridae, Coronaviridae, enz. De taxonomie op hoger niveau is problematisch. Tegenwoordig gaat men uit van vier grote groepen (Riboviria, Monodnaviria, Duplodnaviria en Varidnaviria). Elk van deze groepen is op zich monofyletisch maar de viruswereld als geheel is mogelijk polyfyletisch, d.w.z. virussen zijn meerdere malen ontstaan.

Een gangbaar gezichtspunt is dat virussen de overblijfselen zijn van een pre-cellulaire wereld (de viruswereld). Die bevatte losse RNA- of DNA-moleculen die zichzelf vermeerderden. Daaruit zouden verschillende keren, onafhankelijk van elkaar, evolutionaire lijnen gevormd zijn die gingen parasiteren op het cellulaire leven en hun capsiden ontleenden aan de gastheer. Een andere visie is dat virussen gedegenereerde cellen zijn of ontsnapte genoomfragmenten.

Virussen zijn de meest diverse “microorganismen” die bestaan. Ze hebben een zeer grote invloed op de evolutie van het cellulaire leven en zelfs op het functioneren van ecosystemen.