Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Gepubliceerd op 20-06-2017

TGV

betekenis & definitie

TGV - (Fr. train à grande vitesse), supersnelle trein. Voor het eerst opgenomen in Kramers (1981). In april 1988 zocht de NS een naam voor de hogesnelheidstrein of TGV. Blijkbaar kwam er weinig bruikbaars uit de bus. Boemerang, europijl, ijltrein, intercitykomeet, laagvlieger, pijl, railracer, scheurtrein, tempotrein, turbotrein enz. - geen van alle kon de goedkeuring wegdragen, tenzij misschien flitstrein.

Als de TGV er tegen 1993 komt, kan U vanaf dan op 75 minuten van Brussel naar Parijs sporen. De Morgen, 21-03-87

De Fransen hebben hun TGV (Train a grande vitesse) en de Duitsers hun ICE (intercity express). Mens & Wetenschap, nr. 3/1989

De Europese gemeenschap heeft Nederland een bijdrage van 2.3 miljoen gulden beloofd voor de voorbereiding van de TGV spoorlijn Amsterdam-Brussel-Parijs. Mens & Wetenschap, nr. 2/1992

< >