Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Gepubliceerd op 14-06-2017

Kijkcijferkanon

betekenis & definitie

Kijkcijferkanon - televisiester die veel kijkers aan zich bindt; populaire tv-persoonlijkheid die erin slaagt de kijkcijfers omhoog te krikken. Informeel; ook gezegd m.b.t. een programma dat veel kijkers lokt.

Dat NPS-programma scoort een gemiddeld kijkcijfer van drie tot vier procent (iets minder dan een half miljoen kijkers) en dat is voor een dergelijk programma op dat tijdstip allesbehalve slecht. De vraag is of het voldoende is als kijkcijferkanonnen als Sonja Barend oprukken. HP/De Tijd, 10-05-96

Toch hopen ze bij TV 1 een nieuw kijkcijferkanon in huis te hebben. De Morgen, 07-05-97

Ondanks een terugval in het maken van grote showprogramma’s, blijft Huisman voorlopig nog goed scoren en geniet hij nog steeds van de eretitel: kijkcijferkanon. Nieuwe Revu, 16-04-97

Zijn innemende glimlach blijft je het meest bij. Peter Scheele (36), nineties-zendeling, oprichter van de Jezusfanclub en kijkcijferkanon van de Evangelische Omroep (EO) is de ideale schoonzoon. ZIN, augustus 1997

We zouden het kijkcijferkanon van de BRTN moeten worden, maar je mag dit programma totaal niet vergelijken met ‘Morgen maandag’ of ‘Het huis van wantrouwen’. Teek, september 1997

De eretitel ‘kijkcijferkanon’ lijkt Huisman al kwijt. Nieuwe Revu, 14-04-98

< >