Duits : Seeregenpfeifer
Engels : Kentish Plover
Frans : Gravelot à collier interrompu
Fries : Dûkelmantsje
Betekenis wetenschappelijke naam:
in Alexandrië voorkomende kloof- en rivierbeddingvogel. (Linnaeus ontving enkele exemplaren van deze vogel uit Egypte.)
Meer nog dan de andere kleine plevieren is deze soort aan het zoute milieu van de zeekust gebonden. Zijn naam geeft dit duidelijk weer. Zo ook de volksnamen Zandlopertje en Grient(je) (Vli). De laatste naam is afgeleid van grien en grind, dat kiezelstrand of zandige vlakte betekent, evenals de Franse naam Gravelot.
Zijn Friese naam legt de nadruk op de duikelende bewegingen van het mannetje tijdens de balts.
De namen Gril (Fr), Grilt(s)je (Fr, Ter), Guitje (Ter) en Grilk (Sch) verwoorden de zang van de Strandpluvier, een in snelheid toenemend trillend geluid. Vergelijk Duits Grille = krekel, sprinkhaan. Zie ook Bonte Strandloper. Ook de naam Strânljurk (Ame) (= strandleeuwerik) dankt hij aan zijn liedje.
De namen Vroek(ie) (Tex) - vergelijk bij Bontbekplevier - of Frouk(ie) (Tex) en Kreutelt(s)je (Ame) betekenen respectievelijk ‘snelle loper’ en ‘dreumesje’ en typeren dit levendige kleine vogeltje.