Duits : Sperbergrasmücke
Engels : Barred Warbler
Frans : Fuvette épervière
Frie : Streepte Hôfsjonger
Betekenis wetenschappelijke naam:
sperwerachtige bosvogel.
De Sperwergrasmus is in onze streken een sporadisch voorkomende doortrekker, met name in de nazomer. De lichtgebogen donkere dwarsstreepjes op de witachtige onderzijde - het meest opvallend bij het mannetje - geven de vogel een enigszins sperwerachtig voorkomen. In het verleden was zijn naam Gestreepte Grasmus. Evenals de Braamsluiper woont hij bij voorkeur in doornig struikgewas waar hij behendig doorheen glipt.
De betekenis van de Friese naam is ‘gestreepte Tuinfluiter’. De zang lijkt n.l. op die van de Tuinfluiter.