TYRAS (Joannes), minderbroeder, broeder van den voorg. geb. te Antwerpen 1585, overl. te Amsterdam 21 Mrt. 1633. In April 1616 werd hij benoemd als vicarius van het klooster te Weert en in 1618 als missionaris naar Friesland gezonden. In 1620 kwam hij in dezelfde hoedanigheid te Leiden, waar zijn zielenijver hem 12 Apr. 1629 een banvonnis berokkende. Hij vestigde zich te Amsterdam in het huis van Pieter Pietersz Can, vertoefde 2 Jan. 1632, waarschijnlijk om voor een poos P. Adrianus Motmans te vervangen, te Leeuwarden, woonde 26 Jan. 1633 weer in de Nes te Amsterdam en werd 24 Mrt. met klokgelui in de Oude Kerk begraven. Zijn met potlood geteekend portret wordt bewaard in de statie ‘Mozes en Aaron’ te Amsterdam.
Zie: Bijdragen Bisd. Haarlem II, 88 en 111; III, 55; X, 129; XIV, 14; XVII, 90 v; XIX, 65; ArchiefAartsbisdom Utrecht, XX, 362; De Katholiek, LX (1871), 72 en enkele hss. in het provinciaal archief der minderbroeders te Weert.
Hesse