KETWICH VERSCHUUR (Dr. Jan Adriaan van), geboren te Zwolle 15 Augustus 1821, overl. te Deventer 6 Juli 1882, was de vierde zoon van Johannes van Ketwich en Gezina Berendina Zebinden.
Hij en zijn neef Jan Dirk, die volgt, werden sedert 1827 opgevoed ten huize van hun oom Mr. Jan Verschuur, schepen en later officier van Justitie te Leiden, wiens echt met Geertruida Hillegonda van Ketwich kinderloos bleef, en hebben diens geslachtsnaam bij den hunnen gevoegd, krachtens Kon. Besluit van 17 Juli 1836 No. 97. Hij werd in 1840 student te Leiden en promoveerde 20 Sept. 1847 tot doctor in de geneeskunde op eene dissertatie de Colica satumina en 27 Juni 1848 tot doctor in de verloskunde. Na eene wetenschappelijke reis en voortgezette studie te Parijs en te Weenen vestigde hij zich eerst als geneesheer te Baarn en daarna in 1856 te Deventer, waar hij een groote praktijk
had en tevens gemeentegeneesheer was, voorts president der Gezondheidscommissie en lidsecretaris van den Geneeskundigen Raad in Overijssel en Drenthe. Nadat hij in 1870 de praktijk had neergelegd, was hij schoolopziener in het district Deventer en voorts nog in verschillende andere functiën ten algemeenen nutte werkzaam o.a. als president-curator van het gymnasium en lid-secretaris van het college van regenten over het huis van arrest.
Hij was 26 Juli 1849 te Alkmaar gehuwd met zijne nicht Rolanda Hermina Cornelia van Vloten, geboren te Alkmaar 16 Maart 1828, overleden te Deventer 8 Nov. 1885, dochter van den predikant Arend van Vlotenen Gerhardina Susanna Mariavan Ketwich. Dit huwelijk bleef kinderloos.
Zie: Wapenheraut 1901,2.
van Ketwich Verschuur