NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Habets, joannes wilhelmus

betekenis & definitie

HABETS (Joannes Wilhelmus), geb. te Oirsbeek bij Sittard 2 Mei 1801, overl. te Luik 29 Dec. 1876, zoon van Jan Joseph en Maria Gertrudis Beugels, studeerde de eerste beginselen van het Latijn bij den kantonrechter Werner Wolff te Sittard en daarna in 1816 bij zijn oom Herman Joseph Beugels, pastoor-deken van Helmond. In 1818 vertrok hij naar het seminarie te Luiken verwierf aldaar onder negentig medeleerlingen de eerste plaats; hij werd door den president van genoemd seminarie om zijn begaafdheid tot repetitor der minder gevorderde studenten benoemd. 17 Aug. 1824 werd hij te Mechelen tot priester gewijd en spoedig daarna tot kapelaan der luiksche parochiekerk van St.

< >