COULSTER (Joost van), of Colster, geb. waarschijnlijk te Schiedam, overl. te Rotterdam 24 Maart 1649, was een zoon van Adriaen van Coulster. In 1623 werd hij te Rotterdam in de vroedschap gekozen en bleef daarin zitting houden tot zijn dood.
Hij behoorde tot het college der admiraliteit op de Maas van 1625-28, 1631-34, 1640-43 en in 1649; penningmeester van de groote visscherij was hij in 1628; in datzelfde jaar gedeputeerde ter dagvaart en van 1629-1646 herhaaldelijk burgemeester. Hij is driemaal gehuwd geweest; eerst met N.N., daarna met Susanneken Gerritsd. van Willigen en 24 Jan. 1634 trouwde hij te Rotterdam met Ae rtgen Lambrechts, een dochter van wijlen den vice-admiraal Moij Lambert. Verder vermelden wij nog, dat zijn dochter Wi llempge in 3e huwelijk getrouwd was met Jan van Nes den Oude of Oude Boer Jaep.Zijn door P. van der Werff naar een verloren origineel gecopieerd portret bevindt zich in het Rijksmuseum te Amsterdam.Zie: Bronnen Gesch. Rott. I; Rott. Historiebl. III, 454; Moes, Icon. Bat. I no . 1762.
Moquette
COURTEN (Graaf de), fransch krijgsoverste uit het midden van de 18e eeuw, trad omstreeks November 1748 na het vertrek van Löwenthal uit Maastricht op als gouverneur van die vesting. Zijn gouverneurschap duurde tot 3 Febr. 1749; het
fransche garnizoen verliet toen de stad, die daarop wederom in handen van de Republiek der Vereenigde Nederlanden kwam.
Zie: Raadsnotulen, 15 en 18 Nov., 16 en 30 Dec. 1748, 13 Jan. en 3 Febr. 1749 (Gemeente Archief van Maastricht).
Dyserinck