Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Michael penha

betekenis & definitie

* 14. 12. 1888 te Amsterdam, cellist leerling van J. Mossel a. h. conserv. te Amsterdam, daarna van Prof.

H. Becker te Frankfort en J. Salmon te Parijs. Debuteerde bij het Concertgebouw-orkest te Amsterdam in 1907 en deed zich op zijn concertreizen door Europa, Noord- en Zuid-Amerika als een zeer goed cellist kennen. Thans is hij als solo-cellist a. h. Symph. ork. te San Francisco verbonden.

< >