* 8. 1. 1859 te Breslau, ✝ 12. 8. 1919, omgekomen in het Karwendelgebergte, componist. Leerling van Fr.
Kiel en Liszt, behaalde 1884 den Mendelssohnprijs, werd 1886 stedelijk muziekdirecteur te Hamm, 1896 dirigent der oratoriumvereeniging te Paderborn, 1903 leider der Duitsche muziekvereeniging te Milwaukee, 1905 terug te München, 1906 dirigent der Singakademie te Weenen, 1910 directeur van een cons. te Breslau. Componist van liederen, een ouverture op een Noorsch thema, Fuga solemnis voor orkest, symphonische gedichten en kamermuziek.