Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Johann paul kunzen

betekenis & definitie

* 30. 8. 1696 te Leisnig, ✝ 20. 3. 1757 te Lübeck, vader van Karl Adolf K., organist. Was 1718 hofkapelmeester te Zerbst, 1719 te Wittenberg, 1723 te Hamburg, 1732 organist te Lübeck.

Componeerde oratoria (o.a. Balsazar), opera's, een passiemuziek, ouvertures, enz. Mattheson noemde hem een der beste componisten van zijn tijd.

< >