* 1751 te Goloechoff, ✝ 7. 10. 1825 te St. Petersburg, componist en dirigent.
Studeerde in Italië, daarbij gesteund door Katharina II, en begon met Italiaansche opera's te componeeren (Creonte en Quinto Fabio). In 1779 in Rusland teruggekeerd, werd hij in 1796 dirigent der keizerlijke zangerskapel, welke hij wist op te werken tot een koor van den eersten rang. Zijn talrijke composities getuigen van een meesterhand. Tschaikowsky heeft ze in tien deelen in het licht gegeven. Behalve wereldlijke en kerkelijke meerstemmige gezangen, schreef hij nog drie opera's (Alcide, Le Faucon en Le fils rival), een symphonie, pianosonates, aria's, kamermuziek, enz.