* 3. 6. 1842 te Leipzig, ✝ 1-4. 1921, aldaar, zoon van den Engelschman C. H.
Payne, doorliep het cons. te Leipzig met het doel vioolvirtuoos te worden, en na dit 1861 verlaten te hebben, studeerde hij nog korten tijd onder Massart te Parijs, doch werd reeds 1862 opgenomen in de uitgeverszaak van zijn vader. Zijn groote verdienste voor de kunst is de uitgave van aanvankelijk klassieke, later moderne kamermuziek in zakformaat tegen lagen prijs. Onder zijn leiding zagen 195 werken van Beethoven, Schubert, Mozart, Haydn, maar ook van Spohr, Cherubini, Dittersdorf, enz. het licht. In 1886 opgericht ging in 1892 de uitgave over in handen van de firma Ernst Eulenburg te. Leipzig, die er vele moderne werken alsmede orkestpartituren en koorwerken bij voegde. Op het oogenblik nadert het aantal deeltjes reeds de duizend.