De Herv. kerk (Torenplein 1 en 5), oorspronkelijk gewijd aan St. Jodocus, bestaat uit een fors, vijfzijdig gesloten koor en een vrijstaande ongelede zadeldaktoren.
De 14de-eeuwse toren stond half ingebouwd in het laat-14de-eeuwse schip, dat in 1612 afbrandde en waarvan alleen aan weerszijden van de toren enkele muurdelen resteren. In de toren hangen twee door Willem Butendiic gegoten klokken (1424).
Het behouden gebleven laat-gotische koor met natuurstenen speklagen stamt uit de tweede helft van de 15de eeuw. Waar zich vóór 1612 het transept bevond, is het koor in de 19de eeuw verlengd.
Bij de kerkrestauratie in 1948-'50 is de in 1945 afgebrande toren herbouwd en verhoogd. Het interieur van de kerk wordt gedekt door een houten tongewelf.
Tot de inventaris behoren een herenbank met de wapens van de families De Jonge en Stavenisse (circa 1650) en een preekstoel (circa 1670). Verder bevat de kerk enkele 16de-eeuwse grafzerken en een epitaaf van gedeeltelijk verguld zwart en wit marmer voor Susanna Maria Lonque († 1752), vervaardigd in 1757 naar een ontwerp uit 1745 van Jan Peter van Baurscheit de Jonge.
Aan de buitenzijde in de koorsluiting bevindt zich de grafzerk voor mej. P.A.D.
Schutter († 1838).
Ter plaatse van het schip van de kerk staat het voorm. raadhuis (Torenplein 3), een dwars eenlaagspand in neoclassicistische stijl met rondboogvensters en ingangsportaal.
Na de bouw rond 1880 waarschijnlijk als tweeklassige openbare lagere school werd het in 1904 verbouwd tot raadhuis. Sinds 1961 doet het dienst als ‘voorkerk’ bij de Herv. kerk.