Kasteel Well (Kasteellaan 20) is een dubbel omgracht gebouwencomplex met voorhof. Vermoedelijk liet Salentijn van Arendael het kasteel in 1382 bouwen.
Uit die tijd dateren waarschijnlijk de ronde zuidtoren en de daarop aansluitende vierkante ommuring. In de 15de eeuw kwam het zaalgebouw aan de westzijde tot stand, waarschijnlijk evenals de zuidvleugel.
De ronde noordoosttoren van de voorhof is waarschijnlijk eind 15de eeuw onder Otto van Bylandt tot stand gekomen. Zijn zoon Adriaan liet vanaf 1533 diverse verbouwingen doorvoeren.
In 1579 werd het kasteel door Marten Schenck ingenomen en in 1586 volgde een beschieting door Spaanse troepen. Bij het door Adriaen Balthasar van Vlodrop ondernomen herstel rond 1625 werd de binnenplaats aan west- en zuidzijde van gangen voorzien.
In opdracht van Bernard Albrecht van Limburg Stirum kregen de overige vleugels tussen 1632 en 1637 hun huidige hoogte en verrees het poortfront met gedrongen gezwenkte maniëristische topgevel. In de 18de eeuw voorzag men de beide ronde torens van een klokvormige bekroning.
Begin 19de eeuw liet Pieter Willem de Liedel het kasteel moderniseren en voorzien van empire-vensters en enkele empire-schouwen. In 1945 kwam het kasteel in bezit van de stichting ‘Sancta Maria’ en sindsdien is het in gebruik als jeugdcentrum.Op de zware laat-15de-eeuwse toren en een kleine 16de-eeuwse ronde toren na, dateert de U-vormige bebouwing van de voorhof uit de 17de eeuw, evenals de als wagenbergplaats gebruikte dorische zuilenhal. De voorhof is in 1961 gerestaureerd. De oostelijk gelegen forse tiendschuur met maniëristische in- en uitgezwenkte topgevel met kleine pilasters is in 1600 gebouwd in opdracht van Adriaen Balthasar van Vlodrop en staat ook bekend als het ‘Jagerhuis’. Aan de noordzijde binnen de buitenste omgrachting staat een torenmolenruïne. De ronde stenen romp dateert uit de eerste helft van de 15de eeuw en heeft een gemetseld bolvormig gewelf met put en daarboven een maalzolder en een steenzolder. Na de beschieting in 1586 werd de molen verbouwd tot kruitbergplaats. Ten noorden van de buitenste omgrachting staat de St.-Barbarakapel (Kasteellaan ong.), een rond 1700 gebouwde kleine kapel met driezijdige sluiting en een gezwenkte voorgevel.