Gepubliceerd op 02-01-2020

Huis te Wedde in Wedde

betekenis & definitie

Huis te Wedde (Hoofdweg 7), ook bekend als Addingaborg, is een oorspronkelijk 14de-eeuwse omgrachte borg, bestaande uit twee ongelijke beuken met aan de westzijde een achtkante traptoren. Egge I Addinga liet kort na 1362 het eerste huis bouwen.

Na inname en verwoesting door de stad Groningen in 1478 liet Haye Addinga in 1486 de huidige zuidbeuk herbouwen, waarbij de bestaande kelder werd overkluisd. In 1530 werd het kasteel voor Karel van Gelre ingenomen door Berend van Hackfort.

De ringmuur, waaraan men al rond 1475 was begonnen maar die kort daarna werd gesloopt, werd omstreeks 1532 hersteld en gecompleteerd. Resten van deze ringmuur met overhoekse vierkante bastions zijn bij de restauratie in 1956 hersteld.

In 1536 veroverde George Schenck van Toutenburg de borg voor Karel V, die deze aan hem in 1538 in leen gaf. Hij zal opdracht hebben gegeven tot de bouw van de noordelijke vleugel en de traptoren, gezien de aanwezigheid van zijn wapensteen uit 1541 (in zijn huidige vorm een kopie; het origineel is in het huis opgesteld).

Rond 1550 wierp men aan de binnenzijde van de ringmuur een aarden wal op. Na in 1593 driemaal te zijn veroverd, kwam de borg in 1619 aan de stad Groningen.

Een uit 1658 daterende wapensteen van de Stad nabij de brug herinnert aan herstelwerk in 1653-'58. De borg werd veroverd door Munsterse troepen in 1666 en 1672.

In de 18de eeuw maakte men het gebouw geschikt om te dienen als drostenwoning.

Uit die tijd stammen de huidige vensters en inwendig kastenwanden (1755) in twee vertrekken op de begande grond van het noordelijke bouwdeel.

Eén van de kastenwand heeft pilastervormen met verdiepte velden en ionische kapitelen. In 1828 redde notaris A.H.

Koning de borg van de sloop. Bij een verbouwing in 1905 werd de traptoren verhoogd en van kloostervensters voorzien.

Na een algehele restauratie in 1956 werd het gebouw ingericht voor het waterschap Westerwolde; sinds 1977 is het in gebruik bij de Streekraad Oost-Groningen.

< >