Gepubliceerd op 02-01-2020

Amsterdamscheveld in Nieuw-Amsterdam

betekenis & definitie

Amsterdamscheveld. Gehucht ten zuidoosten van Nieuw-Amsterdam.

J. en E. van der Griendt bezaten al turfstrooiselfabrieken in Griendtsveen (1885) en Schöningsdorf (1902) toen ze in 1909 van L.B.J. Dommers een deel van het Amsterdamse Veld overnamen met als doel ook hier turfstrooiselfabrieken te vestigen.

De door hen opgerichte, in Rotterdam gevestigde, Griendtsveen Drentsche Landontginning Maatschappij B.V. liet in 1910-'14 twee fabrieken, een elektriciteitscentrale, diverse dienstwoningen en een locomotievenloods (Griendtsveenstraat ong.) bouwen. Voor de aanvoer van de turf vanuit het Amsterdamse Veld werd een smalspoortracé aangelegd.

De fabriek voor het grofstrooisel is in 1986 gesloopt. De fijnstrooiselfabriek (Griendtsveenstraat 150), een sober en functioneel gebouw uit 1913, is na brand in 1943 herbouwd.

Onder een houten overkapping over het Dommerskanaal vond de verlading per schip plaats. Ondanks de sluiting van de fabriek in 1983, bevindt zich inwendig nog de elektrisch aangedreven technische inrichting met kantelinstallatie, jakobsladders, maalinstallaties en transportbanden.

Er resteren ook enkele woonhuizen. De sober gedetailleerde directeurswoning ‘Carex’ (Griendtsveenstraat 39) dateert uit 1912.

De woonhuizen Griendtsveenstraat 41 en 54, beide met neorenaissance- en chaletelementen, waren bestemd voor het hogere personeel. De beambtenwoning Griendtsveenstraat 57 kwam al in 1911 gereed.

Voorbeelden van de rond 1915 gebouwde eenvoudiger arbeiderswoningen oorspronkelijk veertig zijn Griendtsveenstraat 123 en 131-132 en Peelstraat 123.

< >