Gepubliceerd op 01-12-2020

Mookerheide

betekenis & definitie

heuvelachtige heide- en bosstreek, ca. 80 ha groot, in de Ned. provincie Limburg ten noordoosten van Mook in de gemeenten Mook en Groesbeek. Het gebied maakt deel uit van het grote stuwwallencomplex dat van Nijmegen naar De Plasmolen in zuidelijke richting en vandaar naar Kleef in oostelijke richting verloopt.

Op enkele plaatsen heeft men vergezichten over de Maas. Het is een gaaf heidegebied, dat in stand wordt gehouden door o.a. begrazing met schapen. De toegang is bij de boswachterswoning Die Swaere Noodt, waarvan de naam herinnert aan de Slag op de Mookerheide (14.4.1574) in de Tachtigjarige Oorlog tegen de Spanjaarden.De Mookerheide is van de bossen van de Sint-Jansberg (ca. 260 ha; in de gemeenten Mook, Middelaar en Groesbeek) gescheiden door het Zevendal. Op de met löss bedekte hellingen van de Sint-Jansberg treft men loof- en naaldhoutbos. Op de steile zuidhellingen komen bronnen, beekjes en stuwmeertjes voor. De bossen behoren tot het beuken-eikenbos, het eikenhaagbeukenbos en het elzenbronbos. Het gebied heeft een gevarieerde flora (o.a. bosanemoon, speenkruid) en fauna (o.a. vos en vele vogels, zoals bosuil, steenuil, torenvalk en nachtegaal). De beide natuurgebieden ondervinden een grote recreatiedruk.

< >