Woordenboek van medische eponiemen

T.Beijer en C.G.L.Apeldoorn (1998)

Gepubliceerd op 17-06-2020

Listeria, Listerella

betekenis & definitie

[/i]een kleine Gram-positieve bacterie, behorend tot een geslacht uit de familie Corynebacteriaceae, verwekker van zoönosen.

In 1926 beschreven Murray, Webb en Swann dit slanke staafje, dat ze naar de Engelse chirurg Joseph Lister Listeria monocytogenes noemden. Bij konijnen, schapen, runderen en geiten kan door infectie met dit micro-organisme een besmettelijke ziekte (listeriosis) optreden. Met Listeria besmet voedsel (geitekaas en melk) kan bij de mens, behalve een acute meningo-encephalitis (met monocytose), een (perinatale) septikemie of doodgeboorte veroorzaken.

Lister, pionier van de antisepsis, werd in 1827 te Londen geboren, waar zijn vader, een quaker, een winstgevende wijnhandel dreef. Reeds in zijn kinderjaren voelde hij zich tot de chirurgie aangetrokken, zodat een medische studie voor hem in het verschiet lag. Aan het University College te Londen studeerde hij geneeskunde en promoveerde hij. In Edinburgh bekwaamde de beminnelijke Lister zich verder bij de zeer kundige hoogleraar in de chirurgie James Syme (1799-1870), met wiens dochter Agnes hij in 1855 in het huwelijk trad. Vijf jaar later vertrok het echtpaar naar Glasgow, waar Lister een benoeming tot regius professor aanvaard had, een leerstoel bekostigd door de Kroon (Lindeboom, 1993).

In zijn studententijd hield Lister zich al bezig met wondinfectics en ook in Glasgow werd hij weer getroffen door de veelvuldige, vaak dodelijke infecties bij gecompliceerde fracturen en open operatiewonden. Over de ware oorzaak tastte hij in het duister. Zoals de Weense vrouwenarts Semmelweis de besmette artsenhand vreesde, duchtte Lister niets zozeer als het toetreden van lucht tot de open wond. Had de vermaarde Franse chemicus en bacterioloog Louis Pasteur (1822-’95) immers niet aangetoond dat de lucht wemelde van microben die gisting en rotting konden veroorzaken? Pasteur gebruikte hete lucht om deze microben te doden, maar die behandeling kon bij open wonden niet toegepast worden. Lister voerde in 1865 een antiseptische behandeling met carbolzuur in. Hij maakte gebruik van een afsluitend verband dat bestond uit acht lagen gaas, gedrenkt in carbolzuur, hars en paraffine, met daartussen de waterdichte macintosh-stof (zie Syme). Tijdens de wondverzorging en verbandwisseling werd carbol door een spray in de lucht gesproeid (Sigerist). Het resultaat was verbluffend: binnen het jaar waren de Glasgowse ziekenzalen bevrijd van erysipelas, hospitaalgangreen en pyemie. In Lancet publiceerde Lister twee jaar later zijn resultaten bij elf gecompliceerde fracturen, die hij met carbolzuur had behandeld: ‘On a new method of treating compound fractures, abscess etc. with observations on the condition of suppuration.’ Het geloof in het galenische ‘pus bonum et laudabile’ behoorde tot het verleden.

In 1881 propageerde Lister het antiseptisch vervaardigde resorbeerbare catgut als hechtmateriaal. Aanvankelijk stond men, met name in Engeland, nogal sceptisch tegenover de antiseptische behandeling. Nadat de Duitse chirurg Richard von Volkmann (1830-’89) uit Halle in 1874 zijn goede ervaring met Listers methode vermeld had, lieten ook de Engelsen hun bezwaren geleidelijk varen. Het carbolzuur had echter een groot bezwaar: door het zuur kon er zeer gemakkelijk weefselbeschadiging optreden. Spoedig verving men antisepsis dan ook door asepsis. Deze laatste methode waarbij men alles wat met de wond in aanraking kon komen, steriliseerde, werd zoals we zagen gepropageerd door de Duitse chirurg Bergmann en zijn leerling Schimmelbusch.

In 1869 vertrok Lister als opvolger van zijn schoonvader Syme naar Edinburgh en acht jaar later volgde zijn benoeming tot hoogleraar in de klinische chirurgie aan de universiteit van Londen, een leerstoel die hij tot 1892 bezette. Tal van binnen- en buitenlandse onderscheidingen vielen hem ten deel. Hij was ‘surgeon in ordinary to Her Majesty’. In 1883 werd hij geadeld. Ter gelegenheid van haar diamanten jubileum in 1897 benoemde Koningin Victoria haar lijfarts Sir Joseph tot lid van het Engelse Hogerhuis; hierdoor was Listcr de eerste arts die tot peer van Engeland verheven werd. Als Lord Lister leefde hij nog vijftien jaar: hij overleed in 1912.

< >