Gepubliceerd op 12-09-2021

Wet (rijkswet)

betekenis & definitie

Het woord wet wordt gebezigd in twee beteekenissen:

1e. In ruimen zin. In dat geval is een wet elke regeling, die de overheid geeft. In dit opzicht is de verordening van den gemeenteraad een wet, en zoo spreekt men van de wetgevende bevoegdheid van den gemeenteraad.
2e. In engeren zin. Het woord wet is gelijk aan rijkswet.

Rijkswetten. Wanneer wij het woord wet gebruiken zonder nadere toelichting, dan bedoelen we daarmede een rijkswet. Een wet komt tot stand door de samenwerking tusschen de Kroon en de Staten-Generaal.

De wetten worden onderscheiden in :

1e. de grondwet.
2e. de wetboeken.
3e. bijzondere wetten.

De wetboeken. De wetboeken zijn vijf in getal, nl. het burgerlijk wetboek; het wetboek van koophandel; het wetboek van burgerlijke rechtsvordering; het wetboek van strafrecht en het wetboek van strafvordering.

Geschiedenis der wetboeken. Door de inlijving van ons land bij Frankrijk in 1810, bij decreet van Napoleon, werden de Fransche wetboeken, de z.g. codes Napoleon, hier te lande ingevoerd. Toen wij in 1813 onze onafhankelijkheid herkregen, werden de Fransche wetboeken voorloopig gehandhaafd. Op 1 October 1838 werden de nieuwe Nederlandsche wetboeken ingevoerd en de Fransche afgeschaft, met uitzondering van het Fransche wetboek van strafrecht, (code pénal) dat gehandhaafd bleef tot 1 September 1886, toen het nieuwe strafwetboek werd ingevoerd.

Bijzondere wetten. Behalve de wetboeken zijn er nog talloos veel bijzondere wetten, b.v. de onderwijswetten, de belastingwetten, de sociale wetten, enz. enz.

De gewoonte. De gewoonte is ook een rechtsbron, doch zij ontleent haar rechtskracht aan de wet. Alleen indien de wet naar een gewoonte verwijst, heeft zij verbindende rechtskracht. Zoo bepaalt art. 1375 B.W., dat op elke overeenkomst het gewoonterecht toepasselijk is.

< >