Dit is een zakelijk recht, waardoor iemand (de erfpachter) het volle genot heeft van den grond, die aaneen ander toebehoort.
Erfpachtscanon.
De erfpachter moet aan den grondeigenaar jaarlijks een vergoeding betalen, meestal in geld, (erfpachtscanon) als erkenning van diens eigendom. De grond wordt meestal in erfpacht uitgegeven tot ’t bouwen van huizen.
Vestiging van erfpacht.
Het recht wordt gevestigd bij een acte, overgeschreven ten hypotheekkantore in de openbare registers. Deze acte kan notarieel of onderhandsch zijn.
Duur van ’t recht.
Het erfpachtsrecht wordt voor een bepaald aantal jaren of ook wel altijddurend verleend.
Bevoegdheden en verplichtingen van den erfpachter.
De erfpachter kan zijn recht en de gebouwen verkoopen en met hypotheek bezwaren. Hij betaalt alle belastingen en andere lasten, die op den grond rusten.
Erfpacht door gemeenten.
Gemeenten geven dikwijls grond in erfpacht uit aan bouwondernemers.
Aan uitgifte in erfpacht wordt dikwijls de voorkeur gegeven boven verkoop van den grond, opdat de grondeigenares (de gemeente) van eventueele waardestijging van den grond in de toekomst zal profiteeren en opdat de gemeente een grootere medezeggenschap kan hebben op de wijze van bebouwing, door de condities, waarop de grond in erfpacht wordt uitgegeven en welke door het gemeentebestuur zijn vastgesteld.
Einde van het erfpachtrecht.
Indien het erfpachtrecht is geëindigd, verkrijgt de grondeigenaar den eigendom van de gebouwen, die door den erfpachter zijn gesticht, al of niet tegen vergoeding aan den erfpachter; dit hangt af van de bedingen van ’t erpachtscontract. Het erfpachtsrecht eindigt: door verloop van den bepaalden tijd; door een
overeenkomst tot beëindiging van ’t recht tusschen grondeigenaar en erfpachter; door vermenging, b.v. indien de erfpachter den grond in eigendom verkrijgt. (Zie de artt. 767—783 B. W.)