Literatuur, Geschiedenis en Theorie

J.A. Dautzenberg (2009)

Gepubliceerd op 08-02-2017

Jan Cremer

betekenis & definitie

Nederland prozaschrijver (*1940), die grote opschudding verwekte met de ‘onverbiddelijke bestseller’ Ik Jan Cremer (1964), een autobiografische schelmenroman vol overdrijvingen, machopraatjes en vrijmoedig beschreven erotische heldendaden, waarvan binnen twee jaar 300.000 exemplaren verkocht werden.

In 1966 verscheen het vervolg: Ik Jan Cremer: tweede boek. Hij werd uitgemaakt voor ‘cultuurgangster’ en ‘supernozem’ en de gemeente Amsterdam weigerde aanvankelijk een in 1967 toegekende literaire prijs uit te reiken. Beide boeken zijn typerend voor de geest van de jaren ’60: de opstand tegen de gevestigde burgerij en het verzet tegen taboes; ‘literatuur van de vuistslag’ noemde Adriaan Morriën ze. Hierna schreef Cremer diverse reisreportages. Pas in 1984 verscheen weer een roman: het driedelige De Hunnen, waarin hij onder andere de ervaringen van zijn moeder tijdens de oorlog verwerkte; in 1993 werd het boek ingekort tot Wolf: het autobiografisch verhaal uit de Hunnen. Hierna legde Cremer zich weer helemaal toe op de schilderkunst (zoals ook vóór zijn literaire debuut).

Overige werken o.a.
1969 Made in USA (reisverhaal)
1976 Sneeuw (verhalen)
1978 Logboek (verhalen en reportages)
1999 De Venus van Montparnasse (reisverhalen)
2003 De wilde horizon (reisverhalen)
2004 Verloren gedichten

< >