Israëlisch politicus; premier in 1977, van 1984-86 en sinds november 1995.
Sjimon Persky werd als zoon van een houthandelaar geboren in het Poolse Visjniva, waar honderdzeventig joods gezinnen woonden. In 1934 reisde hij met zijn moeder en zijn jongere broertje zijn vader achterna naar Palestina. Daar werkte hij mee aan de oprichting van een kibboets en oefende een aantal hoge functies uit in de socialistische partij en de vakbeweging. In 1948 werd hij tot het eerste hoofd van de Israëlische marine benoemd. Daarna bekleedde hij een aantal functies op het ministerie van Defensie. Peres was met name belast met de aanvoer van wapens uit het buitenland. Juist vanwege die afhankelijkheid van het buitenland drong Peres aan op een eigen Israëlische wapenindustrie. Hij werd de grondlegger van de Israëlische luchtmachtindustrie, en was tevens de drijvende kracht achter het Israëlische atoombomprogramma.
In 1959 werd Peres voor de MAPAI lid van de Knesseth. Spoedig behoorde hij tot de leidende politici in Israël. Hij vervulde diverse ministersposten, waaronder die van Defensie (1974-77). In de verkiezingsperiode van 1977 volgde Peres premier Yitzhak Rabin op die plotseling was afgetreden. De Arbeiderspartij leed bij die verkiezingen een nederlaag tegen de Likoed van Menachem Begin. Peres werd oppositieleider (1977-84). In de oppositie bepleitte hij een verzoenender houding tegenover de Palestijnen dan de Likoed-regering. In 1982 leidde hij demonstraties tegen moordpartijen in de Palestijnse vluchtelingenkampen Sabra en Chatilla in Beiroet.
In 1984 vormden Peres en Yitzhak Shamir, de leider van het Likoed-blok, een regering van nationale eenheid. De twee politieke leiders spraken af bij toerbeurt premier te zijn. Tijdens het premierschap van Peres trok Israël zijn troepen uit Libanon terug (1985). In 1986 kreeg Shamir de leiding van de regering in handen en werd Peres minister van Buitenlandse Zaken. In 1988 werd de coalitie verlengd. Twee jaar later viel het kabinet door problemen over vredesbesprekingen met de Palestijnen. Peres ging weer oppositie voeren. In februari 1992 koos de Arbeiderspartij Rabin als leider. Onder Rabin won de partij de verkiezingen van juni 1992; Peres werd opnieuw minister van Buitenlandse Zaken, nu onder premier Rabin. In deze functie leverde hij in de jaren 1993-95 belangrijke bijdragen aan de vredesakkoorden tussen Israël en de PLO. Met premier Rabin en PLO-leider Yasser Arafat kreeg hij uit waardering voor het akkoord van september 1993 tussen Israël en de PLO de Nobelprijs voor de vrede. Na de moord op premier Rabin op 4 november 1995 nam Peres het premierschap over.