Gepubliceerd op 13-06-2017

Finland

betekenis & definitie

Een Oostzeestaat; sinds 6 december 1917 onafhankelijk.

In 1807 was het land geannexeerd door Rusland. De onrust in Rusland als gevolg van de februarirevolutie van 1917 leek de Finnen de mogelijkheid te bieden onafhankelijk te worden. Op 18 juli 1917 maakte de Finse Landdag zich gedeeltelijk los van Rusland. De Russische regering greep echter in, en verhinderde het onafhankelijk worden van Finland. De oktoberrevolutie bood nieuwe kansen. Op 6 december 1917 werd de volledige onafhankelijkheid van Finland geproclameerd; deze keer bleef een Russische reactie uit. Toen in januari 1918 linkse sociaal-democraten met Russische steun een staatsgreep uitvoerden, brak een burgeroorlog uit. In mei 1918 was het linkse verzet door een Witte Garde onder leiding van generaal Mannerheim ten koste van tienduizenden doden gebroken. Van 8 oktober tot 31 december 1918 was Finland een monarchie onder prins Friedrich Karl van Hessen, een zwager van de Duitse keizer Wilhelm II. Na de Duitse nederlaag in november 1918 vervulde Mannerheim tijdelijk de functie van staatshoofd. In juli 1919 werd Finland officeel een republiek. Ondertussen was in juni 1919 een oorlog met Rusland uitgebroken, die in oktober 1920 met de Vrede van Dorpat werd afgesloten. Rusland erkende bij die vrede de Finse zelfstandigheid. Finland werd een democratische republiek. In 1920 werd het land lid van de Volkenbond.

Kort na het Molotov-von Ribbentrop-pact (23 augustus 1939) tussen de Sovjetunie en Duitsland brak de Winteroorlog met de SU uit. Bij de Vrede van Viborg op 12 maart 1940 moest Finland Karelië en Petsamo afstaan. Na de Duitse inval in de Sovjetunie op 22 juni 1941 (operatie-Barbarossa), sloten de Finnen zich bij de Duitsers aan; zij zagen hun kans schoon het verloren gegane gebied te herwinnen. In 1944 moest Finland opnieuw voor de Sovjets capituleren. Finland kreeg herstelbetalingen opgelegd. De Sovjetunie eiste machines en metaalwaren, die Finland nog nooit had geproduceerd. Tot 1952 moesten deze goederen gratis worden geleverd.

Na de Tweede Wereldoorlog stond Finland onder zo'n zware druk van de Sovjetunie, dat het zich geheel naar de wensen van Moskou moest schikken. Voor die situatie werd de term Finlandisering geïntroduceerd. Door een strikte neutraliteitspolitiek wist het land geleidelijk meer speelruimte te krijgen. In 1955 werden tegen de zin van Moskou nauwere banden met Noorwegen en Zweden aangeknoopt. In 1961 werd Finland lid van de Europese Vrijhandels Associatie (EVA). In 1975 verleenden de Finnen gastvrijheid aan de slotvergadering van de eerste Conferentie over Veiligheid en Samenwerking in Europa (CVSE), die op 1 augustus met de Slotakte van Helsinki werd afgesloten.

Door het uiteenvallen van de Sovjetunie in het begin van de jaren negentig, verdween de Sovjetdruk voorgoed. Op 1 januari 1995 sloot Finland zich bij de Europese Unie aan.

< >